Archief Jeugdherinneringen Lieuwewynia 1946-1957 |
171

Smid Herrema.

Zie blz.53. Soms moest ik met een paard van boer van der Schaar uit de Mieden naar het dorp om het bij smid Herrema te laten beslaan.
Dat was een heel avontuur op een ongezadeld paard en behept met hoogtevrees.
Het paard wilde niet op plaveisel lopen en wel in de berm langs de vaart.
Het branden van de hoeven gaf een penetrante geur.
Toen ik tien jaar was ging ik samen met Sippe Harkema naar het smeden kijken, naar het loeiende vuur en het daveren van de hamer op het aambeeld.
Een daarna het sissen wanneer het gloeiende metaal in een bak met water werd gedompeld.
Stiekem gooiden we enige hoefnagels in het vuur.
De smid zag ze roodgloeiend liggen en vroeg of wij dat misschien gedaan hadden. ‘Neen’ logen wij.
Besmuikt verlieten we de smederij en liepen in de richting van ons huis.
We voelden ons zeer schuldig ten opzichte van de smid.
Maar we kregen ook een lichte geloofscrisis.

Heb je op- of aanmerkingen over dit archief-item? Maak dan gebruik van de onderstaande envelop!

*Vermeld altijd de titel van het archief-item in het onderwerp of het bericht.

Stuur dit naar iemand